De bende die de brand in Moria achterliet

Tekst en fotografie: Anke van der Meer

Verkoolde boomstronken steken af tegen de blauwe lucht. Wat hier ooit stond, is volledig weggevaagd door het vuur. Verderop staan de bouwsels die het wél ternauwernood hebben gered. Hun bewoners zijn gevlucht.

Door het raampje van een zelfgebouwde tent kijk ik naar binnen. Hier heeft iemand met minimale middelen geprobeerd een huisje te maken. Ik zie dekens in de hoek en een soort aanrecht gemaakt van planken. Bij de deur ligt nog een schoen. De tent ernaast is ingestort. Verkoolde resten liggen op de grond.

Dit was het onofficiële deel van kamp Moria. Het voormalig militaire kamp dat was berekend op 3000 mensen. Buiten de muren groeide het met tenten en zelfgemaakte hutjes totdat er uiteindelijk meer dan 20.000 mensen woonden.

De hekken van de officiële ingang staan open. Het kamp is ontmanteld. Van de meeste gebouwen is slechts de fundering over. Het is stil, enkel het geluid van een vogel en de wind. Kort geleden moet het rumoerig en lawaaiig en onrustig zijn geweest. Uit de eerste hand heb ik de verhalen gehoord over de verkrachtingen, de infectieziekten en het afval, over de lange rijen voor het eten en de vechtpartijen, soms met de dood tot gevolg.

Op straat ligt een verloren tafeltennisbatje, een puntenslijper, een vestje. Een muur is beschilderd met tientallen kinderhandjes. Er is graffiti: ‘Welcome to Europe’. Om het laatste woord is prikkeldraad geschilderd. In zwarte letters: ‘Human Rights Graveyard’. Even verderop zijn onder de witte kalk de woorden ‘Stop Deportation’ en ‘Welcome to Prison’ te ontcijferen. Maar ook een groot hart met ‘My Mom’ en ‘Ruhula loves Nazari’. En overal roetvegen van de brand die alles verwoestte.

AvdMeer_cpt_lesbos2021_11.jpg
AvdMeer_cpt_lesbos2021_19.jpg
AvdMeer_cpt_lesbos2021_12.jpg
AvdMeer_cpt_lesbos2021.jpg


Al die overblijfselen laten een pijnlijk contrast zien tussen de menselijke drang om er koste wat kost iets van te willen maken en de woede en wanhoop. Beide zijn voelbaar in de ruïne van Moria.

Veilig is het kamp nooit geweest. Om de haverklap waren er brandjes. Mensen kookten in hun tent. ‘s Winters gebruikten ze straalkacheltjes die soms kortsluiting maakten. Er waren gevallen van koolmonoxidevergiftiging. Het was een plek met teveel mensen zonder organisatie en zonder fatsoenlijke voorzieningen. Een tikkende tijdbom.

Op 8 september 2020 ging het geweldig mis. Moria brandde tot aan de grond toe af. Er was al vaker met opzet brand gesticht. Bijvoorbeeld als een schreeuw om aandacht tegen de quarantainemaatregelen. Na de eerste coronabesmettingen was het plan namelijk om het hele kamp hermetisch af te sluiten, dus besmet en onbesmet bij elkaar. 

Of de oorzaak is geweest van deze brand ook een schreeuw om aandacht was, is niet te zeggen. Vanuit de lokale overheid is gesuggereerd dat het een vooropgezet plan van de vluchtelingen zelf was. Er zijn vluchtelingen die verklaard hebben dat de brand ontstond na onenigheid tussen migranten en ordebewakers. Of dat het een aanval was met brandbommen van extreemrechtse demonstranten tegen de mensen in het kamp. Een medewerker van Artsen Zonder Grenzen zei daags na de brand tegen de BBC dat de wind het vuur zo hard aanwakkerde dat al het mogelijk bewijs moet zijn weggevaagd. Bovendien was een dergelijke ramp volgens velen onontkoombaar, kijkend naar de levensgevaarlijke situatie in het kamp. 

AvdMeer_cpt_lesbos2021_3.jpg

Een medewerker van een lokale mensenrechtenorganisatie vertelt me het akelige vervolg. Eind september 2020 werden zes Afghaanse jongens als verdachte aangewezen en opgepakt. Zij zijn inmiddels bekend als de ‘Moria 6’. Het bewijs dat zij de brand stichtten is echter zeer mager. Slechts één man, een Afghaanse medebewoner van het kamp, zou hebben verklaard dat de zes de brand hebben gesticht. Volgens de verdediging kan daar een racistisch motief achter kan zitten omdat alle zes Hazara zijn, een onderdrukte minderheid in Afghanistan. Daarbij komt dat vijf jongens ten tijde van de brand minderjarig waren, maar zijn vastgehouden volgens de termijn die geldt voor meerderjarigen. Ook hun berechting is volgens het volwassenenrecht. In maart zijn twee van hen tot 5 jaar veroordeeld en drie maanden later hoorden de overige vier dat zij zijn veroordeeld tot 10 jaar gevangenschap. 

De gedachte aan deze jongens, scholieren nog, die moesten vluchten uit Afghanistan, via de Middellandse Zee de oversteek wisten te maken en terecht kwamen in Kamp Moria, maakt treurig. Dat zij vervolgens wellicht als zondebok zijn gebruikt om de aandacht van de onmenselijke situatie in het kamp af te leiden is beschamend.

AvdMeer_cpt_lesbos2021_8.jpg
AvdMeer_cpt_lesbos2021_7.jpg
AvdMeer_cpt_lesbos2021_9.jpg
AvdMeer_cpt_lesbos2021_10.jpg
Vorige
Vorige

Stop de aanleg van lijn 3

Volgende
Volgende

Mijn ouders wonen in Kamp Moria 2