Slachtoffers van bombardementen in Koerdistan al maanden vermist

Groep zittende vrouwen in rouw  sq.jpg

Het nieuwe jaar was nog maar 23 dagen jong toen Turkse gevechtsvliegtuigen de berg Matin, Deraluk en de omliggende dorpen in Iraaks Koerdistan bombardeerden. Deze aanval was het eerste incident in 2019 waarbij burgers het slachtoffer werden.

Gedurende meer dan een uur vielen de bommen op de berg en de dorpen Zele en Hetut. Zes burgers kwamen om, vier lichamen zijn geborgen, maar het lot van twee anderen is tot op heden onbekend.

CPT Koerdistan bezocht Deraluk twee dagen na het bombardement en volgde dat op door op 24 april de families van de zes slachtoffers te bezoeken. Nog steeds in zwarte rouwkleding gehuld deelden zij hun verhaal over het verlies van hun geliefde zonen.


Haider

“Mijn broer was aan het werk, hij was aan het vissen met de anderen, toen ze gebombardeerd werden” Vertelt Haider’s broer, Habib, aan CPT. “Mijn broer en vier anderen waren aan het vissen in Zele, ver weg van de Turkse militaire bases. Hij was aan het werk, ze waren aan het vissen, en kwamen om bij een bombardement. De lichamen van twee vrienden van mijn broer zijn op die plaats gevonden, maar zijn lot en dat van een van zijn vrienden is nog steeds onduidelijk. We weten niet of ze gewond zijn geraakt of ook zijn omgekomen, of ze gearresteerd zijn of dat er nog iets anders is gebeurd. Haider en zijn vrienden zijn onschuldig.”

Haider laat vier kinderen achter. Zijn vrouw, nog steeds in diepe rouw, sprak met ons; “Mijn man zat bij de Peshmerga, hij vocht aan het front in de strijd met ISIS. Nu is er niemand om voor zijn vier kinderen te zorgen. We zijn een arme familie. Niemand kijkt om naar onze situatie. Ik wil alleen maar weten wat hem is overkomen, of hij nog leeft.”

Doorkijkje tussen bergen, vrij kaal en droog uitziend

Redar

De andere vermiste naar aanleiding van dit bombardement is Redar. Zijn familie kijkt reikhalzend uit naar het moment waarop duidelijk wordt wat hem is overkomen. Redar, Haider en hun twee vrienden, beiden genaamd Azad, streden voor de Peshmerga. Vanwege de financiële crisis in Koerdistan konden zij niet leven van hun salaris. Om dat aan te vullen en hun familie te voeden, gingen zij uit vissen.

“Onze zoon is al maanden vermist. Soms zeggen ze dat hij dood is, soms zeggen ze dat hij nog leeft, maar ik blijf hopen dat hij naar ons terugkomt. Er is geen plaats waar we niet hebben gezocht. Ik bid tot God om het lot van mijn zoon te verhelderen. Als moeder zal ik niet opgeven voordat het lot van mijn zoon duidelijk is.” Vertelt Redar’s moeder aan CPT.

De families van Redar en Haider hebben de PDK (de regerende partij in de region) verzocht om te achterhalen wat er is gebeurd, maar de PDK vertelde hen dat de PKK hun zonen gearresteerd had. Toen zij zich tot de PKK wendden om de realiteit te achterhalen verwezen zij weer terug naar de PDK als verantwoordelijke voor de civiele veiligheid in de regio. Redar’s jongere broer vertelt aan CPT: “Redar had een tas bij zich. Deze tas is op onbeschadigd op de weg achtergelaten, maar van mijn broer, dood of levend, was geen spoor.” Naar aanleiding hiervan denkt Redar’s broer dat Redar nog leeft en gearresteerd is.

Hetut

Tijdens hetzelfde bombardement dat tot deze vermissingen leidde, werd ook het dorp Hetut geraakt. Hierbij kwamen twee burgers om het leven en werden de gewassen van het dorp vernietigd.

De Koerdische regio heeft al sinds 2014 te kampen met een diepe financiële crisis, ontstaan door onenigheid tussen de regionale Koerdische en de centrale Irakese regering. Deze situatie dwingt veel mensen om naast hun salaris een bijbaan te nemen om hun gezin te kunnen onderhouden.

Bakthyar en Zyad vonden die bijbaan in het houden van bijen. Op 23 januari waren zij in Hetut om voor de bijen te zorgen. Na het Turkse bombardement duurde het twee dagen voordat hun lichamen werden gevonden.

Bakthyar’s vrouw Laijan vertelt aan CPT dat zij haar man vaak had gevraagd om niet naar dat gebied te gaan omdat de Turkse gevechtsvliegtuigen het zouden kunnen bombarderen. Turkijke maakt immers geen onderscheid tussen burgers en PKK-leden. “Het maakt hen niet uit wie we zijn. Het enige dat ze zien is dat wij Koerdisch zijn en daarom worden we vermoord.”

Bakhtyar en Zyad bezochten hun bijenkorven twee keer per maand. “Wij leven van het land. We verbouwen gewassen en houden vee en bijen. Maar Turkije en de gewapende groepen hebben ons land veranderd in een slagveld en wij, de dorpelingen en grensbewoners worden het slachtoffer. Wij willen in vrede leven, maar worden in ons huis vermoord” Aldus Xam, de vrouw van Zyad.

CPTers met lokale mensen zittend in een kring

Stilte van de Koerdische regering en de internationale gemeenschap

Naar aanleiding van drie dagen van bombardementen rondom Deraluk, was er op 26 maart een demonstratie in Shiladze, georganiseerd door de nabestaanden van de slachtoffers en bewoners van het getroffen gebied. De demonstranten liepen richting de Turkse militaire basis in Sire. Daar aangekomen openden de Turkse soldaten het vuur op de demonstranten, waardoor een 14-jarige jongen omkwam en tien anderen gewond raakten. Daarnaast werden gevechtsvliegtuigen en geluidsgranaten ingezet om de demonstranten te intimideren en weg te jagen. Een aantal van de demonstraten en aanwezige journalisten werd gearresteerd door de Asaish (Koerdische veiligheidsdiensten). Op dit moment zijn er nog steeds Turkse soldaten gestationeerd in Sire.

Halkakt, een vriend van een van de slachtoffers van het Turkse bombardement en advocaat, is zeer bezorgd over de stilte van de internationale gemeenschap over de luchtaanvallen die Turkije en Iran uitvoeren in Irak. Hij denkt niet dat de Koerdische regering deze situatie alleen aan kan. “Turkse troepen vermoorden ons in eigen land en de internationale gemeenschap en de wereldleiders maken er geen enkel woord aan vuil. Naar aanleiding van de demonstratie in Shiladze, stuurde het Irakese ministerie van buitenlandse zaken een bericht naar de Turkse regering, daarin werd het vermoorden van burgers in de grensdorpen veroordeeld. Maar verassend genoeg deed de Koerdische regering niets anders dan de demonstranten tot onruststokers verklaren!”

Onder het mom van bestrijding van de PKK bombardeert Turkije de grens al jaren, maar veel van de slachtoffers zijn ongewapende burgers die in dat gebied wonen. Het resultaat van de bombardementen is dat vele boerderijen zijn vernietigd en dorpen zijn geëvacueerd. De dorpelingen zoeken willen in vrede leven en eisen dat Turkije onmiddelijk de bombardementen en gevechten op hun land beëindigt.

Vorige
Vorige

De taaie strijd voor land en gerechtigheid in Colombia

Volgende
Volgende

Hebron na de uitzetting van TIPH